zondag 16 maart 2014

Ribstuk deel 2

Kermend van pijn en absoluut niet meer willen bewegen, zo lag ik in een foetus houding op het warme leistenen terras. Ik wist dat het mis was en verwachtte een plas bloed. Zo theatraal was het nu ook weer niet, er kwam geen bloed, wel Ingrid die inmiddels Nigel onze huisvriend en de bombeiros had gemobiliseerd. “Ach mannetje ze komen er aan hoor” stelde ze me gerust.
Ik vroeg haar om een sigaret “Ben je betoeterd je gaat nu niet roken hoor”. “Geef mij nu een sigaret je denkt toch niet dat ik in een ambulance mag roken”  was mijn kermend en overtuigend antwoord, en zo geschiedde, een sigaret smaakt altijd beter na heftige momenten zoals bijvoorbeeld na de maaltijd en seks, op dat moment kwamen onze vrienden om ons de nodige steun en hulp te verlenen.
De bombeiros arriveerde op het dorp en manoeuvreerde ons steegje in met in hun slipstream …. de bewoners van het dorp zelf. 
Later hoorde ik van Rodrigo onze buurjongen dat de ambulance bij het huis van zijn Oma was gestopt maar dat hij pas echt schrok toen hij verder naar mijn huis reed, dat is pas buurtvriendschap! ( zegt veel over de relatie Rodrigo en zijn Oma).

De boys van de bombeiros drie man sterk kwamen eerst poolshoogte nemen. Er knielde er één naast me neer en sprak me aan : “Hé vriend wat is er gebeurd?” Ik kende hem het was Ricardo een jonge gast  van even in de twintig die ik gedurende mijn “vrijgezellentijd” nogal eens tegenkwam bij een avondje uit. Vorig jaar had hij zijn pols gebroken tijdens het uitoefenen van zijn werk als bombeiros en dat schept nu gelijk een band. Er werd geantwoord door iemand wat er gebeurd was maar dat was natuurlijk niet zijn opzet. Ik moest antwoorden om het voor hem mogelijk te maken om het één en ander te diagnotiseren.
De brancard kwam er aan te pas maar ik weigerde mijn foetushouding op te geven. Daar was begrip voor en zo goed en kwaad werd ik op de brancard gelegd en in de ambulance gestald ik zeg gestald omdat er toen nog overleg was waar ik naar toe gebracht zou worden. De chauffeur pleegde het overleg met de meldkamer, in welk ziekenhuis was er ruimte? En welke weg was geschikt om mij daar te krijgen, in Lousa was plek maar te veel bochten dan maar naar Coimbra daar zijn drie ziekenhuizen. Na een minuut of tien waren de partijen er uit en de caravan kon vertrekken. Ingrid zal met Nigel volgen.
De rit was dat kunt u zich voorstellen lang, het kost normaal een klein uur om naar Coimbra te rijden het leek nu wel een halve dag  en een etappe uit de Dakar-race.
                                               



Volgens Ingrid die er achter reed werd er uiterst omzichtig gereden. Ik heb me aan alle kastjes achterin moeten vasthouden. Ricardo zat dicht tegen me aan om mij in balans te houden. Hij had me namelijk niet al te strak  ingesnoerd  vanwege mijn zijdelingse houding op de brancard. Regelmatig sprak hij op me in met vragen als; “heb je nog veel pijn, of gaat het nog?” dan kwam van mij het oubollige antwoord; ”alleen als ik lach”. Hij zelf was origineler; “dan ga je later nog veel pijn krijgen vriend als we samen weer een biertje gaan drinken”.

Eindelijk arriveerden we in het ziekenhuis bij een ingang waar het bordje spoedopname hing, dat was bemoedigend. Ik werd binnen gezwierd in een ruimte waar wel 50 mensen in een wachtkamer zaten. 
Het was er een drukte van belang en dat om 5 uur in de middag! Werd vervolgens in een gang gereden waar meer brancards en bedden stonden. Hier nam Ricardo afscheid en beloofde het eerste drankje te betalen als ik weer thuis kwam. 

Ik begon mijn interesse in de echte wereld te verliezen laat me maar met rust, de pijn werd alleen maar erger. Ik werd aangesproken met : “ Ferdinand” we gaan foto’s en een MRI scan maken”. Ferdinand? ach wat kan mij het schelen hoe ze me noemen haal in godsnaam die pijn weg, dat was mijn prioriteit. Het ziekenhuis zelf was er één van voor de oorlog je zal zo iets eerder in Roemenie verwachten. Het deed dan ook vreemd aan om een moderne MRI tunnel van Phillips te zien in een ruimte die wij Nederlanders nog niet als kelder gebruiken. Het had mij niet verbaasd als men eerst een nest muizen of ratten uit de MRI tunnel had moeten jagen. Het was tijdens de fotosessie een drukte van belang rond mij 5 a 6 mensen sleepten me van de ene brancard op de ander. Na dit alles werd ik naar de afdeling serviço urgéncia gebracht.
Na een verdoving via infuus en zuurstof werd ik eindelijk met rust gelaten.

Na één nacht te zijn verzorgd en gepamperd was daar Ingrid! Ze vroeg mij of de pijn al wat gezakt was? Dat kon ik nou niet echt zeggen maar als ze me nu maar met rust laten komt het wel goed. Daar nam ze geen genoegen mee ze controleerde het infuus, het slangetje met de verdoving had zich gevuld met bloed: “Dat is niet goed” zei ze en ging op zoek naar een verpleger/ster. Ze sprak iemand aan die centraal op die afdeling zat, in een soort enclave gevormd door bureaus en kastjes : ”Het infuus van mijn man werkt niet, wil je even komen kijken” daar had die persoon geen oren naar ze gaf Ingrid te verstaan dat op deze afdeling ieder zijn eigen patiënten had. En dat kon Ingrid nu weer niet schelen en drong er op aan er toch maar even naar te kijken. Er werd een ander bij geroepen en inderdaad het infuus werd nu op de juiste manier aangelegd zodat ik eindelijk verdoving kreeg. 
Dus zoals altijd het was Ingrid weer die mijn pijn verlichtte………!

Lees spoedig het vervolg. 

Groet Ferrie 

1 opmerking: